VPN

Remote waarborgt de veiligheid van al je verbindingen door het consequent inzetten van VPN-tunneling en zo veilige VPN-verbindingen te bieden. Of je nu verbinding maakt vanuit de Client, de app of via Remote Access Services, de communicatie met de VPN-gateway blijft versleuteld en betrouwbaar. Met deze aanpak heeft elke gebruiker veilige VPN-verbindingen naar de achterliggende machine, ongeacht het gebruikte platform.

Veilige VPN-verbindingen: wat Remote gebruikt

Remote gebruikt versleutelde tunnels zodat dataverkeer afgesloten is van onbevoegde toegang. De term VPN (Virtual Private Network) beschrijft precies deze versleutelde route. De tunnel in alle gevallen versleuteld is en loopt via een centraal punt. Remote beheert deze infrastructuur en zorgt dat toegang gecontroleerd verloopt.

Hoe een VPN-tunnel werkt

Een VPN creëert een beveiligde tunnel tussen de gebruiker en de VPN-gateway. Al het dataverkeer loopt via die tunnel, zodat communicatie afgesloten is van onbevoegden. Remote past hiervoor het OpenVPN-protocol toe, een bewezen protocol dat veel stabiliteit geeft. Voor de onderliggende verbindingen zijn verschillende transportopties mogelijk, zoals TCP, UDP en sTunnel.

VPN bij de Remote Client en app

Wanneer je verbinding maakt via de Client op Windows, Mac of Linux of via de app op IOS of Android, wordt automatisch een VPN-tunnel opgezet. Dat betekent dat je vanuit die beveiligde omgeving verder toegang krijgt tot de achterliggende machines en diensten. De gebruiker (je) merkt meestal alleen dat de verbinding veilig en stabiel is.

VPN bij Remote Access Services

Ook bij de verschillende Remote Access Services die beschikbaar zijn via het portaal, zoals RDP, VNC of HTTPS, wordt standaard een VPN-tunnel gebruikt. Dit zorgt dat communicatie tussen de gebruiker en de machines achter de gateway altijd via een beveiligde laag verloopt. De Remote Access Services zelf worden centraal aangeboden en beheerd.